Opdracht 1: Zij moesten zelf een maatbeker maken van 1 liter. Met behulp van een andere maatbeker moesten ze telkens 1dl water in de fles doen en een streepje zetten tot waar het water kwam. Zo moesten ze verder gaan tot er 1l in de fles zat. Al gauw ontdekten ze dat er 10 dl gaat in 1l.
Opdracht 2: Eerst schatten en dan meten. Het 2de groepje moest eerst schatten hoeveel dl er in een soepbord, koffiekop, een klein flesje frisdrank en een wijnglas ging en dan moesten ze met een maatbeker ontdekken hoeveel dl er nu echt in gaat.
Opdracht 3: Het derde groepje had 4 verschillende glazen gekregen en moest eerst schatten in welke glas het meeste water ging. Ze hebben even moeten zoeken hoe ze het slim konden aanpakken. Ze hebben het glas waarvan zij dachten dat dat het grootste was, gevuld met water en dat dan overgegoten in de andere glazen. Het was even zoeken maar het is hun toch gelukt.
Nadat alle groepjes de proefjes gedaan hadden, hebben we even herhaald wat we hieruit nu geleerd hebben. Dat was leuk en leerrijk.....
Het 4de leerjaar heeft vandaag ook levend gerekend. Wij hebben een kleine enquête afgenomen bij de kinderen van onze school. Tijdens de speeltijd gingen we per 2 of 3 een vraag stellen aan de kinderen. Daarna hebben we hier het gemiddelde van berekend.
We zijn heel wat te weten gekomen!
En dan gaan we alles uitrekenen. Voor de deling te doen, hebben we wel even een rekenmachine nodig.
Dit zijn onze resultaten:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten